M1 beweging Groningen
Quiz yourself by thinking what should be in
each of the black spaces below before clicking
on it to display the answer.
Help!
|
|
||||
---|---|---|---|---|---|
show | A. Uveïtis anterior
🗑
|
||||
Iemand met ontstekingscellen glasvochtkamer, haarden in de retina en troebel zien? A. Uveïtis anterior B. Uveïtis medialis C. Uveïtis posterior | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Iemand met fibromyalgie, wat past daar niet bij? A. Gezwollen gewrichten B. Moeheid C. Stijfheid | show 🗑
|
||||
show | A. Uitvoeren van de Epley-manoeuvre om otholieten te mobiliseren
🗑
|
||||
Verloop gnostische sensibiliteit A. Achterstreng ipsilateraal, tractus cuneatus en tractus gracilis, kruising medulla oblongata B. Achterstreng contralateraal, tractus cuneatus en tractus gracilis, medulla oblongata | show 🗑
|
||||
show | S1
Positieve laseque meestal L5/S1
KPR: n. femoralis, L2-L3-L4
APR: n. tibialis: S1(S2)
VZR: n. plantaris: L5-S1-S2
🗑
|
||||
show | A. a. cerebri anterior
🗑
|
||||
show | c. Een hemiparese van de rechter rompspieren
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | D. a. basilaris
🗑
|
||||
DIP gewrichten zijn aangedaan bij: A. Arthrosis deformans B. Reumatoïde artritis C. Pseudo-jicht | show 🗑
|
||||
1. Reumatoïde artritis, 2. Bechterew, 3. Artrose, 4. Artritis urica (jicht), 5. Reactieve artritis (syndroom van Reiter). Welke komen meer voor mij mannen dan bij vrouwen? | show 🗑
|
||||
show | A. verkort been bij exorotatie
🗑
|
||||
Waarbij zie je noduli van Heberden? A. Artrose B. Artritis | show 🗑
|
||||
Welke uitspraak over artrose is waar? A. Bij artrose treedt meer ochtendstijfheid op dan bij reumatoïde artritis B. Bij artrose kunnen noduli van Heberden gevonden worden C. Bij artrose is geen sprake van progressie | show 🗑
|
||||
show | A. Benige verdikkingen van de DIP gewrichten
Verdikkingen van PIP gewrichten heten noduli van Bouchard
🗑
|
||||
show | A. Artritis psoriatica
🗑
|
||||
Wat is de behandeling van acute jicht? A. Colchicine/NSAID B. Colchicine C. Allopurinol D. Methotrexaat | show 🗑
|
||||
show | A. Jicht
🗑
|
||||
show | D. Corticosteroïden
🗑
|
||||
Een fobie wordt meestal uitgelokt door een specifieke traumatische gebeurtenis. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Angststoornissen gaan in meer dan 50% van de gevallen vanzelf over. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
Ligamentum collaterale mediale is wél onderdeel van gewrichtskapsel
🗑
|
||||
show | B. Ectropion
🗑
|
||||
Waardoor ontstaat géén amblyopie? A. Leeftijdsgebonden maculadegeneratie B. Ptosis C. Strabismus D. Anisometropie | show 🗑
|
||||
show | A. Haloperidol
Effect op dopaminereceptoren, waardoor levodopa verminderd werkzaam is.
🗑
|
||||
Wat is waar bij een aanpassingsstoornis? A. Rust houden B. Behandeling meestal in eerste lijn C. Gaat meestal vanzelf over D. De patiënt strategieën leren om met stressvolle situaties om te gaan. | show 🗑
|
||||
Een 25-jarige man heeft sinds enige weken last van pijn en stijfheid van zijn rug, vooral aan het einde van de nacht en ‘s ochtends. Hij heeft geen koorts of andere ziekteverschijnselen. a. Bechterew b. Artrose c. Houdingsafwijking d. Metastase | show 🗑
|
||||
show | B. 's Morgens
(eind van de nacht/vroege ochtend)
🗑
|
||||
Welke extra-articulaire aandoening komt voor bij de ziekte van Bechterew? A. Actute iridocyclitis B. Anaal fissur | show 🗑
|
||||
Kun je op een röntgenfoto het verschil zien tussen een tendonitis calcarea en impingement? A. Ja B. Nee | show 🗑
|
||||
Een myoop oog kan worden gecorrigeerd door: A. een concave lens B. een convexe lens | show 🗑
|
||||
Een myoop oog kan gecorrigeerd worden met een ... lens. A. positieve B. negatieve | show 🗑
|
||||
show | B. boogscotoom
🗑
|
||||
show | A. Corticosteroïden
🗑
|
||||
Wat gebeurt er als het oog accommodeert? A. De lens wordt platter B. De lens wordt boller, vooral aan de voorkant C. De orbicularis oculi wordt gespannen | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
Minimaal ook 1 atypisch middel proberen
🗑
|
||||
Een vrouw met diabetes krijgt plotseling een visusdaling van 1.0 naar 1/300. Wat is hier aan de hand? A. Glasvochtbloeding B. Intraretinale bloeding C. Cataract D. Macula oedeem | show 🗑
|
||||
show | B. Cerebellaire stoornis
🗑
|
||||
De smaak wordt verzorgd door de n. facialis en de n. hypoglossus. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. de n. facialis
🗑
|
||||
show | B. Wanen
🗑
|
||||
show | B. In de centrale neuronen in de rechter cortex
🗑
|
||||
De meniscus lateralis lijkt qua vorm een bijna gesloten ring, de meniscus medialis is daarentegen meer sikkelvormig. Als geheel is de meniscus medialis minder beweeglijk dan de meniscus lateralis. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. affectief symptoom
🗑
|
||||
show | A. Proximale interfalangeale (PIP) gewrichten
🗑
|
||||
show | A. Juist
Episcleritis kan voorkomen bij RA
🗑
|
||||
De symptomen van symmetrische gewrichtsontsteking aan handen en voeten moetne voor het stellen van de diagnose reumatoïde artritis enige tijd bestaan. Dit is: A. 3 weken B. 4 weken C. 5 weken D. 6 weken | show 🗑
|
||||
show | B. wisselend krachtsverlies, weinig atrofie, matige pijn, normale reflexen
🗑
|
||||
Wat is een heupabductor? A. m. gluteus medius B. m. gluteus maximum C. m. biceps femoris | show 🗑
|
||||
Welke beweging is pijnlijk bij coxatrose? A. Exorotatie B. Endorotatie C. Flexie | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | B. Bewegingstoename
🗑
|
||||
Artrose in de heup geeft naast gewrichtsstijfheid, pijn en crepitaties ook: A. Temperatuursverhoging B. Bewegingstoename C. Atrofie D. Instabiliteit | show 🗑
|
||||
Wat is géén radiologisch kenmerk van artrose? A. Ontkalking B. Osteofyten C. Versmalling gewrichtsspleet D. Subchondrale sclerose E. Subchondrale cysten | show 🗑
|
||||
show | A. n. peroneus
🗑
|
||||
show | C. versterkt pijngevoel bij slechts lichte pijnprikkel
🗑
|
||||
Wat is de belangrijkste oorzaak van een verworven cerebellair syndroom op oudere leeftijd? A. Maligniteit B. Chronisch alcoholgebruik C. Ziekte van Lyme D. Neurosyfilis | show 🗑
|
||||
Welke spier wordt geïnnerveerd door de n. trochlearis? A. m. obliquus inferior B. m. obliquus superios C. m. rectus externus D. m. rectus inferior | show 🗑
|
||||
show | Hij kan op 3 m afstand lezen wat een gemiddeld persoon op 5 m afstand kan lezen.
🗑
|
||||
show | B. Incoherentie
🗑
|
||||
Incoherentie is een vorm van een inhoudelijke denkstoornis. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Concentratieproblemen
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | C. Aanvallen van draaiduizeligheid
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | D praat aan een stuk door
🗑
|
||||
show | A. voorste kruisband
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
Ziekte van Lyme
🗑
|
||||
Iemand met neuroborreliose klaagt eerder over pijn dan over vergeetachtigheid. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Welke onderstaande kenmerken horen bij het onderdeel psychomotoriek van het psychiatrisch onderzoek? A. Geretardeerheid, bijwerkingen van neuroleptica, oogcontact, tics B. Levendigheid, tics, geagiteerdheid, maniërismen C. Rituelen, ongepast urineren | show 🗑
|
||||
show | B. Bloeding
🗑
|
||||
show | C. Dementie met Lewy bodies
🗑
|
||||
Welk soort dementie wordt onder andere gekenmerkt door een fluctuerend verloop, het voorkomen van hallucinaties en tekenen van parkinsonisme? A. Ziekte van Alzheimer B. Lewy body Dementie C. Vasculaire dementie | show 🗑
|
||||
Wanneer een patiënt naar woorden zoekt, maar wel begrijpt wat er wordt gezegd, is er sprake van... A. Broca-afasie B. Wernicke-afasie C. Amnestische afasie | show 🗑
|
||||
Wanneer een patiënt vloeiend kan spreken, maar grammaticale fouten maakt en onjuiste woorden gebruikt, is er sprake van... A. receptieve afasie, Wernicke B. expressieve afasie, Broca | show 🗑
|
||||
Afasie van Wernicke is...? A. sensorisch B. motorisch | show 🗑
|
||||
show | Gedeeltelijke beschadiging van de perifere zenuw n. femoralis
🗑
|
||||
show | A. Ipsilaterale uitval motoriek, Ipsilaterale uitval gnostische sensibiliteit, contralaterale uitval vitale sensibiliteit
🗑
|
||||
Bij gekruist dubbelzien is er sprake van... a. abductiebeperking met convergentiezwakte b. abductiebeperking met divergentiezwakte c. adductiebeperking met convergentiezwakte d. adductiebeperking met divergentiezwakte | show 🗑
|
||||
show | B. Thoracaal
🗑
|
||||
Welke drie afferente systemen zijn verantwoordelijk voor een goede functie van coördinatie en evenwicht? A. Proprioceptie, sensibiliteit, visus B. Evenwicht, visus, tractus spinothalamicus C. Proprioceptie, visus, evenwicht | show 🗑
|
||||
show | A. cerebellum
🗑
|
||||
show | B. psychose door middelengebruik
🗑
|
||||
Een patiënt heeft last van pijn uitstralend van zijn m. deltoïdeus in zijn bovenarmen. Welk dermatoom is hierbij betrokken? A. C4 B. C5 C. C6 D. C7 | show 🗑
|
||||
Welke spier maakt geen deel uit van de quadriceps femoris? A. Rectus femoris B. Vastus lateralis C. Semimembranosus D. Vastus intermedius | show 🗑
|
||||
De Duchenne gang wordt veroorzaakt door zwakte van welke spier...? A. m. quadriceps B. m. adductor longus C. m. gluteus medius | show 🗑
|
||||
Over behandeling van paniekstoornis met SSRI wordt in Hengeveld gesteld dat A. je rekening moet houden met verslavend effect van de medicatie B. effectiviteit van SSRI na 2 weken wordt beoordeeld C. je rekening moet houden met toename van angstklachten | show 🗑
|
||||
Een 55-jarige vrouw valt vaak op de grond wanneer zij ergens van schrikt. Zij kan daarna weer opstaan. Welk van onderstaande termen past hier het beste bij? A. Dropattack B. Narcolepsie C. Kataplexie D. Syncope | show 🗑
|
||||
Bij een probleem in de piramidebaan is er asymmetrie in de onderste helft van het gelaat te verwachten. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Lithiumcarbonaat
🗑
|
||||
Een patiënt ziet dubbel. Bij het afdekken van het linkeroog blijkt het rechterdubbelbeeld te verdwijnen. Dit past bij uitval van de: A. nervus opticus B. nervus oculomotorius C. nervus abducens | show 🗑
|
||||
Het percentage van de gevallen van multiple sclerose dat begint met neuritis optica ligt het dichtst bij: A. 5% B. 15% C. 25% D. 35% | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Welke van de onderstaande kan een oorzaak zijn van polyneuropathie? A. Jicht B. Hypothyreoïdie C. Sarcoïdose D. Alle bovenstaande zijn juist | show 🗑
|
||||
show | B. 1-8 mm
🗑
|
||||
show | D. Met MRI bewezen ruptuur meniscus, welke klachten veroorzaakt bij de patiënt
🗑
|
||||
Waar in het anatomische verloop kruist het gnostisch systeem? A. Het ruggenmerg B. De medullla oblongata C. De thalamus | show 🗑
|
||||
show | Onjuist
🗑
|
||||
Van welke term spreekt men als er uitsluitend op zeer sterke stimuli (pijnprikkels) min of meer adequaat gereageerd wordt? a. Somnolentie b. Lethargie c. Stupor d. Sopor | show 🗑
|
||||
show | b. Musculus subscapularis
🗑
|
||||
show | a. N. pelvicus
🗑
|
||||
Welke van onderstaande structuren behoort niet tot de kernen van het extrapiramidale systeem? a. Nucleus subthalamicus b. Thalamus c. Putamen d. Substantia nigra | show 🗑
|
||||
Welke bijwerking van TCA's valt niet onder de anticholinergische werking van deze antidepressiva? a. Droge mond b. Mictiestoornissen c. Verwardheid d. Hypotensie | show 🗑
|
||||
In tegenstelling tot bij een CVA kan bij een Bellse parese het oog aan de aangedane zijde niet gesloten worden wanneer men de patiënt vraagt beide ogen dicht te knijpen. a. Juist b. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | b. de aanval duurt 15 tot 180 minuten (indien niet of zonder succes behandeld)
🗑
|
||||
Bij welk type afasie spreekt de patiënt moeizaam en gebruikt hij vaak recurring utterances (repeterende zinloze uitingen)? a. Amnestische afasie b. Globale afasie c. Afasie van Broca d. Afasie van Wernicke e. Geleidingsafasie | show 🗑
|
||||
show | d. Nervositeit
🗑
|
||||
Van welk ziektebeeld is claudicatie van de kaak een zeer specifieke klacht? a. Clusterhoofdpijn b. Spanningshoofdpijn c. Arteriitis temporalis d. Migraine | show 🗑
|
||||
In de adolescentie verminderen de symptomen van ADHD aanzienlijk bij de helft tot een derde van de kinderen met ADHD. Welk symptoom verminderd meestal? a. Hyperactiviteit b. Inattentie c. Onvermogen tot plannen en organiseren | show 🗑
|
||||
In hoeveel procent van gevallen is er een oorzaak voor autisme aantoonbaar (zoals een chromosomale afwijking of prenatale infectie)? a. 1-5% b. 10-15% c. 25-30% | show 🗑
|
||||
show | a. L3 - L4
🗑
|
||||
Bij onderzoek van de oogvolgbeweging wordt de volgende bevinding gedaan. Patient ziet dubbel bij het bewegen van de vinger in het laterale vlak naar de rechter kant van de patient. Het rechter oog wordt afgedekt en het rechter beeld verdwijnt. | show 🗑
|
||||
show | c. katatoon gedrag
🗑
|
||||
show | b. 60%
🗑
|
||||
show | c. N. glossopharyngeus
🗑
|
||||
show | a. juist
🗑
|
||||
Met welke test wordt de functie van de n.trigeminus onderzocht? a. Dichtknijpen van de ogen b. Patiënt laten ‘e’ zeggen c. Bijten op een spatel d. Tong uitsteken | show 🗑
|
||||
Wat is er gestoord bij het ‘locked in’ syndroom: a. visus b. gehoor c. sensibiliteit d. geen een van de bovenstaande | show 🗑
|
||||
Beoordeel de onderstaande stellingen: 1 Een subduraal hematom is meestal een veneuze bloeding 2 Een epiduraal hematoom is meestal een veneuze bloeding A. allebei juist B. 1 juist, 2 onjuist C. 1 onjuist, 2 juist D. allebei onjuist | show 🗑
|
||||
Bij polyneuropathie is er sprake van motorische uitvalsverschijnselen. De parese is meer uitgesproken in de: A. extensoren B. flexoren C. in beide evenveel | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Bij het frontale syndroom kunnen verschillende symptomen voorkomen. Welke symptomen zijn dat? 1. Egocentrisme; 2. Ontremming; 3. Affectvervlakking; 4. Agnosie A. Nummer 1,2 B. Nummer 1,2,3 C. Nummer 2,3,4 D. Allemaal | show 🗑
|
||||
show | B. Ontstaan: acuut/sluipend
🗑
|
||||
show | A. Onjuist
🗑
|
||||
Welke oogafwijking zie je het meeste bij reumatoïde artritis? A. Cataract B. Droge ogen C. Uveïtis | show 🗑
|
||||
show | A. N. medianus
🗑
|
||||
Bij een ernstige CTS zijn de vingerbuigers van de N. medianus nooit paretisch A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Wat is de voornaamste klacht van CTS? A. Tintelingen B. Gevoelsverlies | show 🗑
|
||||
show | A. anticholinerge werking van TCA
🗑
|
||||
show | C. Imipramine
🗑
|
||||
Een gedissocieerde sensibiliteitsstoornis (pijnzin gestoord, bewegingszin intact) kan het beste worden verklaard door: A. een axonale polyneuropathie B. een bloeding in het centrale ruggenmerg C. een infarct in de mediale pons | show 🗑
|
||||
show | C. AP moeten direct hoog gedoseerd worden
🗑
|
||||
Antipsychotica kunnen veel bijwerkingen hebben. Welke van de onderstaande bijwerkingen komt zelden of niet voor bij het gebruik van antipsychotica? A. Adipositas B. Acute dystonie C. Leukopenie D. Priapisme | show 🗑
|
||||
Klaas heeft sinds zijn 18e schizofrenie. Hij wordt behandeld met een anti-psychotisch medicijn. Sinds hij dit middel gebruikt heeft hij last van een verstopte neus. Dit is een voorbeld van een ... effect? A. Anti-dopaminerg B. Anti-adrenerg | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | D. alle bovenstaande antwoorden
🗑
|
||||
Onderzoek naar suïcide hoort standaard bij psychiatrisch onderzoek. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Wat noemt men ook wel de 'zelfmoordhoofdpijn'? A. Migraine B. Trigeminusneuralgie C. Neuralgie van Horton D. Arteritis temporalis | show 🗑
|
||||
show | C. 50%
🗑
|
||||
Welke pees raakt beklemd bij impingement van de schouder? A. Pees van de m. supraspinatus B. Pees van de m. infraspinatus C. Pees van de m. biceps brachii | show 🗑
|
||||
Welke hersenzenuw is het meest gevoelig voor intra-craniële drukverhoging? A. N. oculomotorius B. N. abducens C. N. trochlearis D. N. facialis | show 🗑
|
||||
show | A. koolhydraten
🗑
|
||||
Het aquaduct van Silvius ligt tussen: A. de zijventrikels en de derde ventrikel B. de zijventrikels C. de derde en vierde ventrikel | show 🗑
|
||||
Een patiënt presenteert zich met: een positieve proef van Lasegue en uitstralende pijn aan de achterzijde van het linkerbeen tot in de grote teen. Welke proef doe je nog meer? A. Gekruisde lasegue B. Omgekeerde Lasegue C. Bragard D. Geen | show 🗑
|
||||
show | B. bisfosfonaten
🗑
|
||||
show | C. As IV
I = klinische stoornissen, II = persoonlijkheid, III = somatisch, IV = psychosociaal, V = functioneren.
🗑
|
||||
De diagnostische criteria voor schizofrenie bestaan uit meerdere onderdelen. Hoe lang moet de psychotische episode ten minste aanwezig zijn om deze diagnose te kunnen stellen? A. 1 maand B. 3 maanden C. 6 maanden D. 9 maanden | show 🗑
|
||||
show | C. nihilistische waan
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Bij myasthenie past het beste de volgende combinatie van verschijnselen: A. progressief krachtsverlies, matige krampen, matige sensibele stoornis, afwezige reflexen B. wisselend krachtsverlies, weinig atrofie, matige pijn, normale reflexen | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Een 68-jarige vrouw wordt binnengebracht met een onbloedig CVA, o.b.v. een infarct van de a. cerebri media links. Wat is het minst waarschijnlijk bij LO? A. Hemiparese van de rechter rompspieren B. Hemiparese rechterbeen C. Afhangen rechter mondhoek | show 🗑
|
||||
Een pt komt bij u met zien van ongekruiste dubbelbeelden. De afstand tussen deze dubbelbeelden neemt toe tijdens het kijken naar rechts. Er is bij deze patiënt sprake van uitval van de: A. n. VI rechts B. n. III rechts C. n. VI links D. n. III links | show 🗑
|
||||
Een patiënt heeft uitval van de n. abducens (VI) links. Wanneer hij naar links kijkt, ziet hij dubbelbeelden. Deze zijn gekruist. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Een patiënt heeft ongekruiste dubbelbeelden en kan het oog niet naar buiten bewegen. Letsel aan de? A. N. occulomotorius B. N. trochlearis C. N. abducens | show 🗑
|
||||
Een patiënt reageert niet bij aanspreken. Bij het geven van een pijnprikkel strekt hij zijn arm en opent de ogen. Hij maakt alleen kreunende geluiden. Welke EMV-score past hierbij? A. 1-3-2 B. 2-3-3 C. 2-2-2 D. 1-2-3 | show 🗑
|
||||
Wat maakt een septische artritis meer waarschijnlijk dat een jicht artritis? A. Gebruik van corticosteroïden B. Gebruik van diuretica C. Consumptie van alcohol | show 🗑
|
||||
Waar hoort het SIPS bij? A. Os ilium B. Os pubis C. Sacrum D. Geen van allen | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Structurele scoliose verdwijnt door te gaan zitten. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Epicondylitis medialis wordt veroorzaakt door: A. overbelasting door extensie in de pols B. overbelasting door flexie in de pols | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Welke pees loopt door de sulcus intertubercularis A. Caput longus biceps brachii B. Caput brevis biceps brachii C. Caput longus triceps brachii | show 🗑
|
||||
Wat past bij fibromyalgie? A. Moe en diffuse pijn in de spieren B. Zwelling in gewrichten | show 🗑
|
||||
Welke antipsychotica grijpt aan op 5-HT2(serotonine)? A. Klassieke antipsychotica B. Atypische antipsychotica C. Beiden | show 🗑
|
||||
De APR is verlaagd, welke wortel is aangedaan? A. L4 B. L5 C. S1 | show 🗑
|
||||
Wanneer iemand de overtuiging heeft dat hij doodgaat, zonder dat deze persoon aan een ernstige ziekte leidt, heet dat een hypochondere waan. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Wat past niet bij anorexia nervosa? A. Amenorroe B. Excessief sporten C. Hypersomnia | show 🗑
|
||||
show | C. Contralateraal gezichtssensibiliteit verlies
🗑
|
||||
show | A. Epiduraal hematoom
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | Onjuist
🗑
|
||||
Wat zijn radiologische kenmerken van reumatoïde artritis? A. Gewrichtsspleetversmalling, erosie, peri-articulaire ontkalking B. Gewrichtsspleetversmalling, erosie, osteofyten C. Erosie, osteofyten, kalkafzetting in de ligamenten | show 🗑
|
||||
Wat is de aanvalsbehandeling bij migraine? A. Paracetamol B. NSAID C. Sumatriptan D. Alle bovenstaande antwoorden zijn juist | show 🗑
|
||||
show | A. Bèta-blokker en natriumvalproaat
🗑
|
||||
Vanaf hoeveel aanvallen per maand wordt migraine profylactisch behandeld? A. 1 keer B. 2 keer C. 5 keer | show 🗑
|
||||
Bij een man met lumbosacraal radiculair syndroom is de APR links verzwakt t.o.v. rechts. Welke wortel is waarschijnlijk aangedaan? A. L4 B. L5 C. S1 | show 🗑
|
||||
Iemand met HNP met pijn aan het been en de grote teen, de proef van lasègue is postief. De logische volgende test is de gekruisde Lasègue. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Corticale dementie
🗑
|
||||
show | B. Korte termijngeheugen
🗑
|
||||
Bij een jongetje van 6 jaar worden de volgende refractieafwijkingen gevonden: OD +5, OS -1. Welk oog is het meest gevoelig voor het ontstaan van amblyopie? A. OD B. OS C. Beide ogen in gelijke mate | show 🗑
|
||||
Amblyopie kan ontstaan tot de leeftijd van: A. 3 maanden B. 1 jaar C. 3 jaar D. 6 jaar | show 🗑
|
||||
show | A. OS
🗑
|
||||
Er zijn twee vormen van maculadegeneratie, de droge en de natte vorm. Alleen de droge vorm van maculadegeneratie is te behandelen. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Wat is eerder aangedaan bij de ziekte multiple sclerose? A. Vitale sensibiliteit B. Gnostische sensibiliteit | show 🗑
|
||||
show | A. Extrapiramidale stoornis
🗑
|
||||
De meest voorkomende vorm van glaucoom is: A. Primair openkamerhoekglaucoom B. Primair geslotenkamerhoekglaucoom C. Secundair glaucoom | show 🗑
|
||||
Wat is geen behandeling van openkamerhoekglaucoom? A. Vitrectomie B. Laserfiltratie C. Oogdruppels | show 🗑
|
||||
show | C. Bèta-blokker
🗑
|
||||
show | A. Acute stressstoornis
🗑
|
||||
show | B. aneurysma
🗑
|
||||
Metamorfopsie is typisch voor: A. Maculadegeneratie B. Glaucoom C. Cataract | show 🗑
|
||||
Homonieme hemianopsie treedt op bij een laesie achter het chiasma opticum. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | D. Ablatio Retinae
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Een patiënt met een sociale fobie moet als onderdeel van zijn behandeling een optreden geven op een podium. De behandelaar besluit hem hiervoor eenmalig propanolol 30 mg te geven. A. Dit is een juiste beslissing B. Dit is een onjuiste beslissing | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Bij welke neurologische aandoening wordt gebruik gemaakt van bèta-blokkers? A. Migraine B. Epilepsie C. Parkinson D. Alle bovenstaande antwoorden | show 🗑
|
||||
show | B. De pezen van de m. abductor pollicis longus en extensor pollicis brevis
🗑
|
||||
Bij het syndroom van Wallenberg bestaat geen pijn en temperatuursverlies aan de contralaterale zijde van het gelaat. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Fasciculaties zijn een uiting van: A. Degeneratie van motorunits B. Renervatie van motorunits C. Achterstrengproblematiek | show 🗑
|
||||
Bij een patiënt met RAPD links wordt de pupilreflex snel alternerend links en rechts getest. Bij schijnen in het rechteroog treedt het volgende verschijnsel op: A. Rechterpupil is nauw, linkerpupil is wijd B. Rechterpupil is nauw, linkerpupil is nauw | show 🗑
|
||||
Een eenzijdige laesie van de nervus opticus resulteert in de volgende afwijking van testen van de pupilreflex: A. relatief afferent pupil defect B. amblyopie | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | D. Obsessief-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
🗑
|
||||
show | B. Schizotypisch
🗑
|
||||
show | C. Nee, nooit
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Bij een triviaal trauma kan de volgende bloeding optreden: A. Epiduraal B. Subduraal C. Subarachnoïdaal D. Hemorragisch | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Mutisme betekent: A. het niet kunnen of willen spreken B. zelfbeshadiging | show 🗑
|
||||
show | B. Beeldvormend onderzoek schedel + inhoud
🗑
|
||||
show | C. Exorotatie tegen weerstand
🗑
|
||||
Met welke test wordt de functie van de n. trigeminus onderzocht? A. Bijten op een spatel B. Met de tong in de wang drukken C. Uitsteken van de tong D. Dichtknijpen van de ogen | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Een patiënt slaapt meer, heeft een toegenomen eetlust en is sterk vermoeid. Dit wijst op een depressie. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Verdikking van de ooglens bij cataract leidt tot: A. Myopie (bijziendheid) B. Hypermetropie (verziendheid) C. Astigmatisme | show 🗑
|
||||
show | B. vernauwen
🗑
|
||||
Bij een patiënt die is opgenomen wegens een depressie is de medicatie van eerste voorkeur een TCA A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Welk symptoom behoort niet tot de trias bij hydrocephalie? A. Misselijkheid en braken B. Loopstoornis C. Mictiedrang en incontinentie D. Cognitieve achteruitgang | show 🗑
|
||||
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose bij cognitieve achteruitgang, die gepaard gaat met loopproblemen en incontinentie? A. Hydrocephalie B. Ziekte van Alzheimer C. Frontotemporale dementie | show 🗑
|
||||
show | B. 25%
Lifetimerisico vrouwen 22%, lifetimerisico mannen 11%
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Schizofrenie is een ziekte die weinig voorkomt. In een huisartsenpraktijk van 2500 patiënten zal statistisch gezien minder dan 1 patiënt met schizofrenie voorkomen. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. 1 mm
🗑
|
||||
Een vrouw heeft een trauma gehad. Ze is boos omdat het niet haar schuld was. Ze is door allerlei artsen gezien omdat ze zich niet goed voelt, maar niemand kan een oorzaak vinden voor de klachten. Wat is er aan de hand? | show 🗑
|
||||
show | C. Rek van de wortel L5 en lager
🗑
|
||||
Een mini mental state examination is een betrouwbaar instrument om een delier van een dementie te onderscheiden. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. N. medianus
🗑
|
||||
show | Gang van Trendelenburg
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | A. Corticosteroïden
🗑
|
||||
show | A 1%
🗑
|
||||
show | A. Varusstand
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. Jicht
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Hoeveel diptrieën moet een emmetroop oog accommoderen om op een afstand van 20 cm van het oog te kunnen lezen? A. 5 diptrieën B. 50 dioptrieën | show 🗑
|
||||
Lithium wordt via de lever uit het lichaam verwijderd A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Tot de extra-articulaire manifestaties van reumatoïde artritis behoren in de longen: A. Pleuritis B. Pleurale effusie C. Noduli D. Alle bovenstaande antwoorden zijn juist | show 🗑
|
||||
Risicofactoren voor een carpaal tunnelsyndroom zijn: A. Polyneuropathie B. Hypothyreoïdie C. Alle bovengenoemde factoren | show 🗑
|
||||
show | B. Beeldvorming hersenen
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. SSRI's
🗑
|
||||
De last tot in bewaring stelling, dus de verplichting van een BOPZ instelling om een patiënt gedwongen op te nemen kan alleen gegeven worden door: A. de burgemeester of diens vervanger B. familielid | show 🗑
|
||||
Wat is een contra-indicatie voor paroxetine gebruik? A. Recent myocardinfarct B. Urine retentie C. Moclobemide gebruik | show 🗑
|
||||
Wat krijg je bij de overgang van droge naar natte maculadegeneratie? A. Neovascularisaties papil B. Neovascularisaties choroïdea C. Aneurysmata D. Drusen | show 🗑
|
||||
show | A. Drusen
🗑
|
||||
show | A. Hallucinaties
🗑
|
||||
show | C. M. Quervain syndroom
🗑
|
||||
show | C. Concentratieproblemen
🗑
|
||||
show | A. Bril
🗑
|
||||
show | C. Anteflexie (heup) en extensie (knie)
🗑
|
||||
De voetzoolreflex toont een grote teen in extensie, hoe noem je dit? A. VZR volgens Babinski B. Normale VZR | show 🗑
|
||||
Wat is geen risicofactor voor congenitale heupdysplasie? A. Familieanamnese B. Stuitligging C. Klompvoet D. Mannelijk | show 🗑
|
||||
De patella luxeert meestal naar: A. lateraal B. mediaal | show 🗑
|
||||
show | B. achterdocht
🗑
|
||||
show | B. links
🗑
|
||||
show | B. Rechterbil zakt uit
🗑
|
||||
De discus intervertebralis bestaat uit de nucleus pulposis en annulus fibrosis: A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Welke oogafwijking gaat niet samen met Diabetes Mellitus? A. Retinopathie B. Uveïtis C. Oogspierparese D. Cataract | show 🗑
|
||||
Wat is voornamelijk aangedaan bij een schouderartrose? A. Endorotatie B. Exorotatie C. Abductie D. Adductie | show 🗑
|
||||
show | D. antibiotica intraveneus of oraal
🗑
|
||||
Een functionele scoliose verdwijnt bij zitten. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | C. Betrekkingswaan
🗑
|
||||
Als er geen houdingstremor aanweig is, dan sluit dat de ziekte van Parkinson uit. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | D. Alle bovengenoemde factoren
🗑
|
||||
Bij ca. 70% van de narcolepsiepatiënten komt tonusverlies voor bij plotselinge emoties als schrikken of lachen. Hoe noemt men dit verschijnsel? A. Cataplexie B. Catatonie C. Catalepsie | show 🗑
|
||||
Een man met een doorgemaakt CVA beweert dat er niets met hem aan de hand is. Tijdens de grote visite staan er links en rechts naast het bed co-assistenten, pt richt zijn aandacht alleen op co-assistenten rechts. Waar in het brein heeft CVA plaatsgevonden? | show 🗑
|
||||
show | B. Wernicke's encephalopathie
🗑
|
||||
De corneareflex is gestoord bij een defect van welke hersenzenuw? A. Nervus trochlearis (n. IV) B. Nervus facialis (n. VII) C. Nervus abducens (n. VI) | show 🗑
|
||||
show | A. Valneiging met zowel ogen open als de ogen dicht
🗑
|
||||
show | B. Illusie
🗑
|
||||
Wanneer zet je DMARD's in bij reumatoïde artritis? A. Als NSAID's geen effect hebben B. Zo snel mogelijk na diagnose C. Bij bewezen degeneratie op röntgenfoto's | show 🗑
|
||||
show | B. geen bacteriën in de gewrichtsspleet
🗑
|
||||
Wat is de behandeling van acute jicht? A. Colchicine + NSAID B. Colchicine C. Allopurinol D. Methotrexaat | show 🗑
|
||||
Een man heeft pijn in het been bij het lopen, maar fietsen gaat nog wel. Hier is sprake van: A. Neurogene claudicatie B. Vasculaire claudicatie C. Kanaalstenose | show 🗑
|
||||
Bij ontstaan van hersendode inklemming valt hersenfunctie vaak in craniale-caudale richting uit. Het verlies van hersenstamfuncties volgt voorkeursvolgorde, volgens deze volgorde wordt de corneareflex later negatief dan pupilreflex. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Clusterhoofdpijn
🗑
|
||||
De profylaxe van migraine is: A. bètablokker en valproaat B. sumatriptan C. bètablokker en sumatriptan | show 🗑
|
||||
Een vrouw heeft verminderd gevoel in de middelvinger na een radiculair syndroom, welke zenuw is aangedaan? A. C6 B. C7 C. C8 | show 🗑
|
||||
Welke spier is NIET aangedaan bij een defect van de n. radialis A. Abductor pollicis longus B. Adductor pollicis C. Extensor digitorum | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | A. Ja, want er is kans op een ritmestoornis
🗑
|
||||
Een gezichtsvelduitval bij glaucoom manifesteert zich in de vorm van een: A. centraal scotoom B. boogscotoom C. quadrantuitval D. metamorfopsie | show 🗑
|
||||
show | C. Herpes simplex
🗑
|
||||
show | B. Lens wordt boller, vooral aan de voorkant
🗑
|
||||
Waar is het acromion onderdeel van? A. Humerus B. Calcaneus C. Clavicula D. Scapula | show 🗑
|
||||
show | B. HNP
🗑
|
||||
De uiting van persoonlijkheidsstoornissen is afwijkend van wat normaal wordt bevonden in de cultuur. Dit lijkt op: A. Aandacht en concentratie B. Impulsbeheersing C. Werkgeheugen D. Intellect | show 🗑
|
||||
show | B. affectief symptoom
🗑
|
||||
show | A. Hypersomnie
🗑
|
||||
Een man heeft angst voor blozen. Hij vermijdt steeds meer sociale activiteiten. Dit is een specifieke sociale fobie. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. Betrekkingswaan
🗑
|
||||
show | D. Glaucoom -
🗑
|
||||
Coxartrose geeft rotatiebeperking bij aanvang van de ziekte. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | C. 1 jaar
🗑
|
||||
show | D. Radiotherapie
🗑
|
||||
Een man met bewezen coxartrose kan niet meer ver wandelen en wordt 's nachts wakker van de pijn. Wat te doen? A. Stok B. NSAID C. Plastiek | show 🗑
|
||||
show | C. anterior
🗑
|
||||
show | A. media
🗑
|
||||
show | D. Gluteus maximus
🗑
|
||||
show | A. N. axillaris
🗑
|
||||
Diabetes kan uitval van n. III veroorzaken A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Wat is halux rigidis? A. Pijnlijke vermindering van de beweeglijkheid in MTP B. Pijnloze vergroeiing | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Reumatoïde artritis kan ook de rug aan doen, waar in de rug is dit het geval? A. Cervicaal B. Thoracaal C. Lumbaal | show 🗑
|
||||
show | A. Lyme artritis
🗑
|
||||
Bij een patiënt is het DIP gewricht aangedaan en zijn er putjes in de nagels. Waar wijst dit op? A. Artritis psoriatica B. Reumatoïde artritis | show 🗑
|
||||
show | A. Sjögren
🗑
|
||||
show | B. Onjuist (naar binnen draaien tenen, het lig.talofibulare anterius scheurt als eerst)
🗑
|
||||
Bril recept van -1 en leesadditie van +2.75 A. Myoop + presbyoop B. Hypermetroop C. Myoop D. Presbyoop | show 🗑
|
||||
Man zat bij computer en zag ineens wazig en blokjes, krijgt dan tintelingen in zijn arm en gezicht. Zijn vader is overleden aan een beroerte. Wat is waarschijnlijk de diagnose? A. TIA vestibulo gebied B. Migraine met aura C. Partiële complexe epilepsie | show 🗑
|
||||
Een persoon wordt wakker met uitval van de extensoren van de hand en vingerspreiders. Er is geen sensibele uitval. Wat is hier aan de hand? A. Cervicale hernia B. Mononeuropathie C. Motorische unit stroke | show 🗑
|
||||
Wat is secundaire profylaxe bij een herseninfarct met een normale bloeddruk en cholesterol? A. Aspirine + dipyridamol B. Perindopril C. Aspirine + statine | show 🗑
|
||||
Een man heeft een depressie na een doorgemaakt myocardinfarct. Wat voor medicatie moet nu worden voorgeschreven? A. TCA B. SSRI C. MAO-remmer | show 🗑
|
||||
Wat is er bij de ziekte van Parkinson aan de hand? A. Presynaptische dopamine tekort B. Postsynaptische receptoren tekort C. Allebei | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. Anterior
🗑
|
||||
show | B. Mediale meniscus laesie
🗑
|
||||
show | A. SSRI
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. Artrose
🗑
|
||||
show | A. TCA of SSRI toevoegen
🗑
|
||||
Welke spier is het meest aangedaan bij een rotatorcufftendinopathie? A. M. Subscapulairs B. M. Teres major C. M. Trapezius D. M. supraspinatus | show 🗑
|
||||
Wat is een DMARD? A. Methotrexaat B. Diclofenac C. Paracetamol D. Ibuprofen | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Wortel C6 treedt uit op niveau C5-C6. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Met het testen van de knie in valgusstress test je de: A. mediale collaterale band B. laterale collaterale band | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Wat past er niet bij het alcoholonthoudingssyndroom? A. Thiamine toedienen B. Starten met benzo's tegen autonome hyperreactiviteit C. Verschijnselen treden binnen een dag op na onthouding of vermindering D. Optreden van autonome hyperreactiviteit | show 🗑
|
||||
show | A. Spier maximaal aan laten spannen, proximaal fixeren, distaal trekken
🗑
|
||||
Wat geef je niet bij een manie? A. Antidepressiva B. Lithium C. Antipsychotica D. Anti-epileptica | show 🗑
|
||||
show | D. Allemaal
🗑
|
||||
show | C. 80% - vooral voorste kruisband
🗑
|
||||
show | B. Onjuist - ongeveer 10%
🗑
|
||||
Bij CTS wordt in de meeste gevallen sensibiliteitsverlies gevonden. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Welke meniscus is het vaakst aangedaan? A. Mediale meniscus B. Laterale meniscus C. Beiden zijn evenveel aangedaan | show 🗑
|
||||
show | B. 40 jaar
🗑
|
||||
show | A. Bechterew
🗑
|
||||
Vrouw heeft een HNP met een verlaagde kniepeesreflex links. Waar zit de HNP? A. L3-L4 li B. L3-L4 re C. L4-L5 li D. L4-L5 re | show 🗑
|
||||
Lasegue is positief en de APR is verlaagd. Waar zit de HNP? A. L4 B. L5 C. S1 | show 🗑
|
||||
Bij een mediale collaterale band probleem. Wat is waar? A. De test van McMurray is positief B. De valgusstress in 30 graden is positief C. Instabiliteit bij volledige extensie | show 🗑
|
||||
Pt heeft pijn aan mediale zijde van knie, bij rotatie en bij het veters strikken, kan geen 100 meter lopen. Endo- en exorotatie van de heup zijn beperkt. Flexie en extensie van de knie zijn ongestoord. Drukpijn mediale zijde knie. Wat is dit? | show 🗑
|
||||
show | A. Lodenpijp fenomeen, rigiditeit
🗑
|
||||
Welke van de volgende spieren behoort niet tot de rotatorcuff? A. M. supraspinatus B. M. teres major C. M. teres minor D. M. subscapularis | show 🗑
|
||||
Een ptosis bij het syndroom van Horner wordt veroorzaakt door zwakte van de: A. levator palpebrae B. orbiculair oculi C. tarsalis superior | show 🗑
|
||||
Bij uveïtis intermedia vindt je ontstekingscellen in het gehele glasvocht. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Uveïtis anterior
🗑
|
||||
show | B. laterale banden
🗑
|
||||
show | A. Painfull arc
🗑
|
||||
show | A. Myoop oog
🗑
|
||||
Vrouw met bipolaire stoornis heeft in klachtenvrije periode laten registreren dat ze tijdens manische periode behandeld wil worden, ook als ze zich op dat moment verzet. Dit betreft een: A. Wilsverklaring B. NRNI verklaring C. Zelfbindingsverklaring | show 🗑
|
||||
Een vrouw heeft last van haar schouder. Bij onderzoek heeft zij een beperkte exorotatie. Dit is een painfull arc. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Bij mediale collaterale bandproblemen; wat is waar? A. Test van McMurray uitvoeren B. Valgusstresstest in 30 graden flexie uitvoeren C. Instabiliteit van de knie | show 🗑
|
||||
Geef je bij dystonie een benzodiazepine? A. Ja B. Nee | show 🗑
|
||||
show | B. Tricepspeesreflex
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Een patiënt met uitval van de n. facialis kan de ogen wel sluiten. Dit is een: A. centrale facialisparese B. perifere facialisparese | show 🗑
|
||||
Collaterale banden test je in... A. flexie B. extensie | show 🗑
|
||||
show | A. pons
🗑
|
||||
Wat is de behandeling bij uveïtis anterior? A. Corticosteroïden en pupilvernauwing B. Corticosteroïden en pupilverwijders | show 🗑
|
||||
show | D. Lichtflitsen
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Wat is juist? A. Top-top proef houdt pt ogen open, top-neusproef open B. Top-top proef houdt pt ogen dicht, top-neusproef open C. Top-top proef houdt pt ogen dicht, top-neusproef dicht D. Top-top proef houdt pt ogen open, top-neusproef dicht | show 🗑
|
||||
De trochanter major voel je het liefst in zijligging. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Ligt het acromion hoger of lager dan het laterale deel van de clavicula bij een AC-luxatie? A. Lager B. Hoger | show 🗑
|
||||
show | A. Atropine
🗑
|
||||
show | B. Pilocarpine
🗑
|
||||
show | C. Mediale band, voorste kruisband en mediale meniscus
🗑
|
||||
show | B. Onjuist - 10-15%
🗑
|
||||
show | B. SSRI
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Een positieve reumafactor is bewijzend voor reumatoïde artritis A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. drangstoornis
🗑
|
||||
show | A. Amitryptyline
🗑
|
||||
show | D. Ruitjespatrooon van Amsler
🗑
|
||||
Met welke kaart beoordeel je niet de visus? A. Ishihara-kaart B. E haken kaart C. Snellen letterkaart D. Landolt-C-kaart | show 🗑
|
||||
show | C. Met de Snellenkaart test je gezichtsscherpte
🗑
|
||||
Maculadegeneratie test je met behulp van... A. Amsler-kaart B. Snellen-kaart C. oogspiegelen | show 🗑
|
||||
Op welke afstand moet de patiënt van de snellenkaart staan om de visus te testen? A. 5 meter B. 6 meter C. 4 meter | show 🗑
|
||||
Productie van de liquor cerebrospinalis vindt plaats in de plexus choroideus in de hersenen. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Corneareflex
🗑
|
||||
Wat valt eerder uit bij inklemming van craniaal naar caudaal? A. De pupilreflex B. De ademhaling | show 🗑
|
||||
Wat is de EMV-score van iemand die slaapt? A. 4-6-5 B. 3-6-5 C. 2-5-3 | show 🗑
|
||||
Vanaf welke EMV-score spreekt men van coma? A. EMV 2-2-2 of lager B. EMV 1-5-2 of lager C. EMV 1-5-1 of lager | show 🗑
|
||||
Een vrouw van 21 heeft in enkele dagen een snel veranderde visus. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak? A. Neuritis retrobulbaris B. Glaucoom C. Cataract | show 🗑
|
||||
show | B. 1/60
🗑
|
||||
Wat test je met de McMurray test met het onderbeen in exorotatie? A. Mediale meniscus B. Laterale meniscus C. Collaterale banden | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Wanen bij een waanstoornis zijn per definitie niet bizar. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | A. Diazepam
🗑
|
||||
Hoofdpijn bij migraine duurt: A. langer dan 2 uur, korter dan 48 uur B. langer dan 4 uur, korter dan 48 uur C. langer dan 4 uur, korter dan 72 uur D. langer dan 6 uur, korte dan 72 uur | show 🗑
|
||||
Wat past niet bij een delier? A. Levendige nachtmerries B. Omkeren dag-nachtritme C. Bewustzijnsstoornissen D. Euforie | show 🗑
|
||||
Waar heeft iemand de meeste kans op na een chemisch letsel van het oog? A. Uveïtis B. Conjunctivitis C. Keratoconjunctivitis sicca | show 🗑
|
||||
Bij mensen van 90 is maculadegeneratie de meest voorkomende oorzaak van slechter zien. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | A. Syncope
🗑
|
||||
Welk neuron is aangedaan bij een longtop tumor met het syndroom van Horner? A. 1e B. 2e C. 3e | show 🗑
|
||||
show | B. Scapula
🗑
|
||||
show | B. Zoveel mogelijk mobiel blijven
🗑
|
||||
show | D. Alle drie
🗑
|
||||
Wat past bij schizofrenie? A. Aandachtsstoornis B. Concentratiestoornis C. Beiden | show 🗑
|
||||
show | A. Voorste kruisband
🗑
|
||||
Bij welke ziekte passen fasciculaties en spierzwakte van de benen? A. MS B. ALS C. Myastenia gravis en ALS | show 🗑
|
||||
show | C. 30%
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Beelden uit de linker nasale retina projecteren in de rechter hemisfeer. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Een 40-jarige man, +3
🗑
|
||||
Wat is het nu van reconstructie van de kruisbanden? A. Stabiliseren van het gewricht B. Voorkomen letsel meniscus | show 🗑
|
||||
Wat kan gezegd worden bij migraine? A. <50% heeft voorafgaand een aura B. Slaperigheid is een bijkomend verschijnsel | show 🗑
|
||||
show | A. Cornea, glasvocht, retinale fotoreceptorlaag, ganglion cellaag, fotoreceptorkernen, retinaal pigmentepitheel (RPE), choroidea, sclera
🗑
|
||||
Hoort agranulocytose bij het maligne neuroleptica syndroom? A. Ja B. Nee | show 🗑
|
||||
show | B. Myopie
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Een positieve HLA-B27 is bewijzend voor Bechterew. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist - n. medianus
🗑
|
||||
Maculadegeneratie kan niet behandeld worden. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Een vrouw heeft een aanval van duizeligheid met daarbij misselijkheid en braken. Zij heeft dit al een paar maal gehad. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak? A. Mèniere B. BPPD C. Neuritis vestibularis | show 🗑
|
||||
Een vrouw van 82 is een korte periode weggeraakt zonder dat er symptomen aan vooraf zijn gegaan. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak? A. Vasovagale collaps B. TIA C. Cardiaal probleem | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Wat is het eerste symptoom bij diabetische retinopathie? A. Micro-aneurysmata B. Neovascularisatie C. Ischemie D. Glasvochtbloeding | show 🗑
|
||||
show | B. Exorotatie
🗑
|
||||
Wanneer zijn de klachten bij een hersentumor het meest aanwezig? A. Gedurende de hele dag B. Vooral 's avonds C. Vooral 's nachts en 's ochtends | show 🗑
|
||||
Dhr. Derksen heeft pijn in zijn arm en been en is verward. Het lijkt alsof zijn arm niet meer bij hem hoort. Hij heeft sinds 4 weken hoofdpijn. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak? A. Subduraal hematoom B. Epiduraal hematoom C. MS D. Parkinson | show 🗑
|
||||
Op een verwijskaart staat S-2 C-2 as 85. Wat voor afwijking heeft deze patiënt? A. Myoop en astigmatisme B. Hypermetroop en astigmatisme C. Myoop | show 🗑
|
||||
Wat is geen behandeling van het neuroleptisch syndroom? A. Het warm houden van de patiënt B. Het behandelen van infecties C. Het controleren van de vochtbalans en evt. corrigeren | show 🗑
|
||||
show | C. stemmingsverhoging
🗑
|
||||
Het gebruik van NSAIDs kan bijdragen aan het ontstaan van een depressie. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Els heeft DM type I, vanochtend heeft zij teveel insuline gespoten als gevolg hiervan heeft zij nu een hypoglycemie. Het hebben van een hypoglykemie kan gepaard gaan met... A. angst B. depressieve symptomen | show 🗑
|
||||
show | C. Subjectief slechter geheugen
🗑
|
||||
Kenmerk van een bipolaire stoornis is dat er sprake is van... A. een depressie B. een depressie met wanen C. zowel een depressie als een manie | show 🗑
|
||||
show | C. Zowel a als b zijn juist
🗑
|
||||
show | C. parasomnia
🗑
|
||||
show | B. Indien zij deze producten wel eten is er een risico op een hersenbloeding - tyramine-arm dieet benodigd
🗑
|
||||
Mw. van Engelen is 5 jaar geleden vrijwillig onder behandeling geweest van een psychiater. Zij heeft haar dossier ingezien en ze wil dat het vernietigd wordt. A. De psychiater moet het dossier vernietigen B. De psychiater moet het dossier intact houden | show 🗑
|
||||
Eric, 22 jaar, gebruikt een psychofarmacon. Nu krijgt hij last van een onduidelijke spraak, onsamenhangendheid, sufheid en een nystagmus. Welk middel gebruikt hij? A. Opioïd B. Anxiolicitum C. Stimulantia | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Het aantal SD dat de botmineraaldichtheid van een patiënt boven/onder de dichtheid van een jongvolwassene zit, is de... A. Z-score B. T-score | show 🗑
|
||||
Wanneer spreekt met van een osteopenie? A. 1 tot 2,5 SD onder de piekbotmassa T-score B. >2,5 SD onder de peikbotmassa T-score C. 1 tot 2,5 SD onder piekbotmassa Z-score | show 🗑
|
||||
Rond welke leeftijd wordt de maximale piekbotmassa bereikt? A. 15 jaar B. 20 jaar C. 30 jaar | show 🗑
|
||||
Heleen loopt de Vierdaagse, ze krijgt een zere voet. Er blijkt sprake te zijn van een stressfractuur. Welk bot is waarschijnlijk aangedaan? A. Os naviculare B. Os metatarsale | show 🗑
|
||||
show | C. Indien origo en insertie van elkaar af bewegen
🗑
|
||||
Indien er benige uitwassen aan de annulus fibrosis en het lig. longitudinale anterius ontstaan spreekt men van? A. Spondylarthrose B. Spondylose | show 🗑
|
||||
show | A. Pronatie en supinatie
🗑
|
||||
Eefke is spastisch, ze ontwikkeld hierdoor een afwijking aan haar voet. Welke afwijking is dat? A. Holvoet B. Platvoet C. Spitsvoet | show 🗑
|
||||
Welk gewricht wordt bij artrose meestal niet aangedaan? A. PIP B. DIP C. MCP | show 🗑
|
||||
show | A. Parallele stralen worden niet in de focus van het netvlies geprojecteerd.
🗑
|
||||
show | B. Pupilverwijding
🗑
|
||||
show | B. Mydriasis
🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Boven welke waarde is de oogdruk verhoogd? A. 15 mmHg B. 18 mmHg C. 21 mmHg D. 30 mmHg | show 🗑
|
||||
show | B. Radiatio optica
🗑
|
||||
Dhr A had een episode van bloederige diarree. Nu krijgt hij last van acuut ziek zijn met gewrichtspijn, urethritis en een pijnlijk rood oog. Wat is er aan de hand? A. Ziekte van Bechterew met uveïtis anterior B. Syndroom van Reiter met uveïtis anterior | show 🗑
|
||||
De buitenste vettige laag van de traanfilm wordt geproduceerd door... A. conjunctivale globetcellen B. traanklier C. glandulae van Meibom | show 🗑
|
||||
Wat is de werking van curare? A. Curare remt de werking van acetylcholine B. Curare remt de werking van noradrenaline C. Curare remt de werking van acetylcholinesterase | show 🗑
|
||||
show | C. beiden
🗑
|
||||
show | ADH
🗑
|
||||
show | B. temporele summatie
🗑
|
||||
show | B. Tractus neospinothalamicus
🗑
|
||||
show | A. allodynie
🗑
|
||||
show | B. de buitenkant van de onderarm
🗑
|
||||
show | A. akinesie
🗑
|
||||
Indien er bij een patiënt sprake is van hypertonie en deze patiënt loopt met schuifelende pasjes, dan is er sprake van? A. Cerebellair syndroom B. Extrapyramidaal syndroom | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Wat is het verschil tussen neuritis retrobulbaris en neuritis optica? A. Bij neuritis retrobulbaris is wel papiloedeem en bij neuritis optica niet B. Bij neuritis retrobulbaris is geen papiloedeem en bij neuritis optica is wel sprake van papiloedeem | show 🗑
|
||||
show | A. Niet gestoord
🗑
|
||||
show | B. BPPD
🗑
|
||||
Dhr van der Hoek kan een voorwerp niet herkennen op de tast. Dit heet? A. Astereognosie B. Afasie C. Apraxie | show 🗑
|
||||
show | B. Pariëto-temporo-occipitaal links
🗑
|
||||
Hoe bereikt de liquor vanuit de zijventrikels het derde ventrikel? A, Via foramen interventriculaire B. Via het aquaduct C. Via foramen van Luschka | show 🗑
|
||||
Waar valt dèja-vu onder in de psychiatrie? A. Geheugen B. Bewustzijn C. Denken D. Waarnemingsstoornis | show 🗑
|
||||
show | D. Alle 3
🗑
|
||||
Iemand heeft ernstige schietende pijn in de kaak, dit verergerd bij kauwen. Wat voor medicatie geef je? A. Carbamazepine B. Natriumvalproaat | show 🗑
|
||||
show | A. Arteritis temporalis
🗑
|
||||
show | A. Ja
🗑
|
||||
Areflexie is altijd een uiting van een laesie van een perifere zenuw. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Welk onderzoek moet je doen bij verdenking op een TIA? A. ECG B. Doppler halsvenen C. CT hersenen D. Alle bovenstaande | show 🗑
|
||||
Wat laser je bij diabetes mellitus? A. Hele retina, zonder de macula B. Alleen de macula C. Alleen de neovascularisaties | show 🗑
|
||||
show | D. N III, IV, V, VI
🗑
|
||||
show | A. Letsel van de meniscus
🗑
|
||||
show | D. Arteriitis temporalis
🗑
|
||||
show | A. Hyposfagma
🗑
|
||||
show | B. Nee
🗑
|
||||
Iemand met Boulimia geef je SSRI's A. Ja B. Nee | show 🗑
|
||||
Hoeveel patiënten moet je behandelen met carotisdesobstructie om 1 CVA te voorkomen? A. 1 B. 5 C 10 D 100 | show 🗑
|
||||
show | D. Thompsom test is bewijzend
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Welke vitamine moet je bepalen bij iemand die polyneuropathie heeft na alcoholmisbruik? A. Thiamine B. Vitamine B12 C. Vitamine B6 | show 🗑
|
||||
Iemand heeft een tremor aan beide armen bij het uitstrekken van zijn armen en daarnaast ook een tremor van het hoofd. Wat is hier aan de hand? A. Essentiële tremor B. Seniele tremor C. Ziekte van Parkinson | show 🗑
|
||||
25- jarige man heeft 3x schokken in de armen bemerkt, waarna hij buiten bewustzijn is geweest en urine heeft laten lopen en een tongbeet heeft gehad, wat is hier aan de hand? A. Gegeneraliseerde epilepsie aanval B. Partiële complexe epilepsie aanval | show 🗑
|
||||
Iemand heeft een zelfmoordpoging gedaan en is nu in coma. Moet hij op grond van de BOPZ meegenomen worden naar het ziekenhuis? A. Ja B. Nee | show 🗑
|
||||
De aangezichtsmotoriek is minder aangedaan bij uitval van het centrale motorische neuron dan bij uitval van de n. facialis. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Welk symptoom past niet bij cataract? A. Lichtflitsen B. Wazig zien C. Schittering | show 🗑
|
||||
show | A. 95% van de gevallen luxeert naar voren
🗑
|
||||
Vrouw van 27 had gister last van ernstige hoofdpijn met uitval van de linker lichaamshelft en gelaat, daarbij was zij misselijk en heeft zij gebraakt. Vandaag is zij klachten vrij. A. Migraine met aura B. Bloeding rechter hemisfeer C. Epilepsie | show 🗑
|
||||
Bij MS is de kniepeesreflex A. verhoogd B. verlaagd | show 🗑
|
||||
Op welke manier erft kleurenblindheid over? A. x-chromosomaal B. autosomaal dominant C. autosomaal recessief | show 🗑
|
||||
show | C. provocatie door drukverhoging
🗑
|
||||
show | Bij sluiten van de ogen zijn de pupillen in mydriasis en bij slapen in miosis
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Een van de criteria voor ADHD is dat enkele van de symptomen die beperkingen veroorzaken aanwezig waren voor het zevende levensjaar. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
show | A. Gestoorde cognitieve functie
🗑
|
||||
show | A. Een plotseling begin van de aandoening
🗑
|
||||
show | C. Angstgevoelens
🗑
|
||||
Een arterioveneuze malformatie is een oorzaak van epilepsie A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Primaire gegeneraliseerde tonisch-klonische epilepsie komt vooral voor na het 25e levensjaar. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
Welk symptoom komt niet voor bij absences? A. Wazige blik B. Myoklonieën van de armen C. Verandering van kleur van het gezicht D. Door de knieën zakken | show 🗑
|
||||
show | A. Juist
🗑
|
||||
Het restless legs-syndroom rekent men tot de extrapiramidale stoornissen. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. Onjuist
🗑
|
||||
Na een patellaluxatie is radiologisch onderzoek altijd noodzakelijk. A. Juist B. Onjuist | show 🗑
|
||||
show | B. N. V
🗑
|
||||
show |
🗑
|
Review the information in the table. When you are ready to quiz yourself you can hide individual columns or the entire table. Then you can click on the empty cells to reveal the answer. Try to recall what will be displayed before clicking the empty cell.
To hide a column, click on the column name.
To hide the entire table, click on the "Hide All" button.
You may also shuffle the rows of the table by clicking on the "Shuffle" button.
Or sort by any of the columns using the down arrow next to any column heading.
If you know all the data on any row, you can temporarily remove it by tapping the trash can to the right of the row.
To hide a column, click on the column name.
To hide the entire table, click on the "Hide All" button.
You may also shuffle the rows of the table by clicking on the "Shuffle" button.
Or sort by any of the columns using the down arrow next to any column heading.
If you know all the data on any row, you can temporarily remove it by tapping the trash can to the right of the row.
Embed Code - If you would like this activity on your web page, copy the script below and paste it into your web page.
Normal Size Small Size show me how
Normal Size Small Size show me how
Created by:
Peertje93
Popular Medical sets