click below
click below
Normal Size Small Size show me how
Hoorcollege 2
Anatomie en fysiologie
| Question | Answer |
|---|---|
| Wat is een weefsel? | Groep cellen die gelijk zijn qua structuur en een gemeenschappelijke functie hebben. |
| Noem 4 soorten weefsels | Epitheelweefsel, bindweefsel, spierweefsel, zenuwweefsel. |
| Bindweefsel | Omgeeft alle cellen in het lichaam en komt nooit in contact met de buitenwereld, er zit altijd epitheel omheen. |
| Welke soorten bindweefsel bestaan er? | Bindweefsel in engere zin, vloeibaar bindweefsel en steunbindweefsel. |
| Wat zijn de bouwstenen van bindweefsel? | grondsubstantie, vezels en cellen. |
| Wat is de matrix van bindweefsel? | grondsubstantie en vezels. |
| Welke cellen bevinden zich in bindweefsel? | gefixeerde en vrije cellen. |
| Fibroblast | Een van de twee meest voorkomende gefixeerde cellen in bindweefsel in engere zin. Ze zijn altijd aanwezig en scheiden hyaluronzuur uit, maken de grondsubstantie visceus en scheiden eiwitten uit. |
| Fibrocyt | Tweede meest voorkomende gefixeerde cel. Ze zijn gedifferentieerd uit fibroblasten. |
| Adipocyt | Vetcel |
| Mesenchymale cellen | stamcellen, ze helpen bij verwondingen door dochtercellen te maken. |
| Macrofagen | Eten indringers in het weefsel op. Ze stimuleren het immuunsysteem en verdedigen het lichaam. |
| Mestcellen | Zijn kleine, mobiele bindweefselcellen vlakbij bloedvaten gevuld met histamine en heparine. |
| Basofilen | Bloedcellen die in beschadigde weefsels binnen komen. |
| Lymfocyten | Reizen door alle weefsels en nemen toe bij weefselbeschadiging. |
| Microfagen | fagocyterende bloedcellen die normaal bewegen door bindweefsel in kleine aantallen. Woorden aangestuurd door de chemicaliën van macrofagen en mestcellen. |
| Melanocyten | pigmentcellen. |
| Welke vezels bevinden zich in bindweefsel? | collageenvezels, reticulaire vezels, elastinevezels. |
| Collageenvezels | Bundel vezelige eiwit subeenheden samengewonden als een touw. Ze zijn flexibel maar sterk. |
| Reticulaire vezels | Dezelfde vezels als collageenvezels, maar anders gerangschikt. Ze zijn dunner en vormen een netwerk. Ze stabiliseren posities van andere structuren. |
| Elastinevezels | Bevatten elastine. Ze zijn vertakt en golvend. |
| Grondsubstantie | proteoglycaqnen en glycoproteïne |
| Waarin kan bindweefsel in engere zin onderscheiden worden? | Losmazig en vast bindweefsel. |
| Losmazig bindweefsel | Het verpakkingsmateriaal van het lichaam. Vult ruimtes tussen organen. |
| Waarin kan losmazig bindweefsel onderscheiden worden? | areolair bindweefsel, adipeus bindweefsel en reticulair bindweefsel. |
| areolair bindweefsel | Bevat alle soorten vezels maar is random georganizeerd en lage dichtheid vezels. Bevat: fibroblasten, macrofagen, witte bloedcellen, vetcellen en mestcellen. |
| Wat is de functie van areolair bindweefsel? | verbinding, vocht vasthouden, afweer, voedselopslag en transport. |
| Adipeus bindweefsel | Bevat vetcellen in hoge dichtheid (adipocyten) en het is goed doorbloed. |
| Wat is de functie van adipeus bindweefsel? | voedselopslag, isolatie, schokdemping en ondersteuning. |
| Reticulair bindweefsel | Bevat reticulaire vezels in lage dichtheden. Ze maken een vangnet voor functionele cellen in organen. Ze bevatten ook fibroblasten, macrofagen en fibrocyten. |
| Wat is de functie van reticulair bindweefsel? | Het opvangen van gespecialiseerde cellen in organen. |
| Vast bindweefsel | Bestaat voor het grootste deel uit vezels. |
| Waarin is vast bindweefsel te onderscheiden? | regulair bindweefsel, irregulair bindweefsel en elastisch bindweefsel. |
| regulair bindweefsel | bevat collageenvezels die parallel gerangschikt zijn, bevatten ook elastine vezels. |
| Wat is de functie van regulair bindweefsel? | Geven steun tegen trekbelasting in een specifieke richting. |
| Irregulair bindweefsel | Hetzelfde als regulair bindweefsel maar hierbij is er geen orde in de rangschikking. |
| Wat is de functie van irregulair bindweefsel? | Zorgt voor steun en verbinding in alle richtingen. |
| Elastisch bindweefsel | bevat vooral elastine vezels maar ook collageenvezels in dikke bundels. |
| Wat is de functie van elastisch bindweefsel? | Het stabiliseren en elastische verbindingen maken. |
| Wat zijn steunbindweefsels? | Kraakbeen en bot |
| Wat is de matrix van kraakbeen? | Een gel van polysacchariden met chondroitine sulfaten. |
| Wat is de functie van chondroitine sulfaten? | Complexen vormen met eiwitten in de grondsubstantie en proteoglycanen produceren. |
| Kraakbeencellen | chondrocyten |
| Welke cellen bevinden zich in de matrix van kraakbeen? | chondrocyten |
| lacunae | Kleine kamers in de kraakbeenmatrix |
| Antiangiogenesis factor | Geproduceerd door chondrocyten waardoor er geen bloeduitwisseling in kraakbeen loopt. |
| Waardoor is kraakbeen afgesloten van andere weefsels? | Perichondrium |
| Perichondrium | Bestaat uit de buitenste vezelige laag en de binnenste cellulaire laag. |
| Interstitiële groei | chondrocyten in de matrix vermeerderen en de dochtercellen produceren nieuwe matrixcomponenten. |
| Appositionele groei | Nieuwe lagen worden aan het oppervlakte toegevoegd. |
| Welke soorten kraakbeen bestaan er? | hyalien kraakbeen, elastisch kraakbeen en vezelig kraakbeen. |
| Hyalien kraakbeen | Meest voorkomende type kraakbeen. |
| Wat is de functie van hyalien kraakbeen? | Vermindert de wrijving tussen benige oppervlaktes. |
| Wat is de functie van elastisch kraakbeen? | ondersteuning en kan vervormen zonder schade. |
| Wat is de functie van vezelig kraakbeen? | Weerstaat compressie, beschermt bot op bot contact maar heeft beperkte beweeglijkheid. |
| Botcellen | osteocyten |
| hoe communiceren osteocyten? | via canaliculi |
| buitenste laag van bot | periosteum |
| Hoe wordt weefselbeschadiging opgelost? | ontstekingsfase en regeneratiefase. |