click below
click below
Normal Size Small Size show me how
Woorden 1 & 2 h3.3
Klas 1KGT h3.3
Question | Answer |
---|---|
afgunstig | jaloers |
beangstigend | het maakt je bang |
effectief | dat zijn doel bereikt |
ervaren | voelen, beleven, meemaken |
gevleid | vereerd, trots |
glunderen | stralend glimlachen |
hoewel | ook al (geeft een tegenstelling aan) |
inspecteren | kijken of het klopt, controleren |
de nakomeling | het kind, het nageslacht |
negeren | doen alsof het er niet is |
spontaan | zonder na te denken, zoals het in je opkomt |
het vermogen | 1 het kunnen van iets, de kracht 2 het geldbedrag, de waarde |
weigeren | niet doen, niet accepteren |
de aanleiding | de reden, de oorzaak |
extreem | heel erg, uitzonderlijk |
de fobie | de ziekelijke angst |
immers | toch, namelijk |
inmiddels | ondertussen |
lijken | een bepaalde indruk geven |
nauw | 1 sterk, hecht 2 heel smal3 precies |
nerveus | zenuwachtig |
produceren | maken |
uniek | uitzonderlijk, waar er maar één van is |
voorkomen | zorgen dat het niet gebeurt |
de vrees | de angst |
zodra | zo gauw als |