Save
Busy. Please wait.
Log in with Clever
or

show password
Forgot Password?

Don't have an account?  Sign up 
Sign up using Clever
or

Username is available taken
show password


Make sure to remember your password. If you forget it there is no way for StudyStack to send you a reset link. You would need to create a new account.
Your email address is only used to allow you to reset your password. See our Privacy Policy and Terms of Service.


Already a StudyStack user? Log In

Reset Password
Enter the associated with your account, and we'll email you a link to reset your password.
focusNode
Didn't know it?
click below
 
Knew it?
click below
Don't Know
Remaining cards (0)
Know
0:00
Embed Code - If you would like this activity on your web page, copy the script below and paste it into your web page.

  Normal Size     Small Size show me how

Verbes Prép

Tous les verbes séparés des prépositions

VerbesPrépositions
Beginnen aan (iets)
Beginnen met (iets)
Behoefte hebben aan
Beantwoorden aan
Denken aan
(na) denken over
Grenzen aan
(iemand) Herinneren aan (iets/iemand)
Lijden aan+ ziekte
Twijfelen aan
Gewend zijn aan
Zich ergeren aan : S'énerver
Zich geven aan : Se donner
Zich wijden aan : Se dévouer pour
Zich aanpassen aan : S'adapter à
Meedoen aan / met : Participer à
Schuldig zijn aan : Etre coupable
Trekken aan : Tirer à
Trouw zijn aan : Etre fidèle à
Werken aan : Travailler à /sur
Een hekel hebben aan : Avoir qq en horreur
Verslaafd zijn aan : Etre accro à
Voldoen aan : Satisfaire à/ répondre à
Gewoon zijn aan : Etre habitué à
Het is te wijten aan : C’est à cause de
Voorkeur geven aan : Donner préférence à
Wennen aan : S'habituer à
Arm/rijk zijn aan (iets) : Etre pauvre/riche en qqch
Gebrek hebben aan : Manquer de
Deelnemen aan : Participer à
(er)achter zijn Avoir découvert
(er)achter komen Découvrir
Belang hebben bij : Avoir intérêt à
Zich neerleggen bij : Se résigner
Betrokken zijn bij : Etre impliqué
Passen bij : Etre assorti à, aller avec
Zich aansluiten bij (iets/ iemand) : Se joindre à
Blij zijn om (iets)
Blij zijn met (iets/ iemand) : Etre heureux à propos de / se réjouir de
Lachen om (iets/iemand) : Rire de
Boos zijn om (iets) - Boos zijn op (iemand) : Etre fâché à propos de qqch - Etre fâché sur qq'un
Vragen om (iets/iemand)
Vragen naar (iets/iemand) : Demander (pour obtenir) - Demander, s'informer
Huilen om (iets / iemand)
Huilen van (iets) : Pleurer à propos de Pleurer de (joie)
Bezorgd zijn om (iemand)
Bezorgd zijn over (iets) : Se faire du souci pour qq’un - Se faire du souci pour qqch
Lijden onder + situatie - Lijden aan + ziekte : Souffrir de
Aandacht vestigen op : Attirer l’attention sur
Aandringen op : Insister sur
Zich abonneren op : S'abonner à
Antwoorden op : Répondre à (question)
Betrekking hebben op : Se rapporter à
Boos/kwaad zijn op : Etre fâché sur
Dol zijn op : Adorer/ Raffoler de
Wachten op : Attendre
Vertrouwen op : Faire confiance à
Rekenen op : Compter sur
Zich verheugen op (iets/ iemand) - Zich verheugen over iets : Se réjouir de qqch à venir - Se réjouir d'une réalité présente
Recht hebben op : Avoir droit à
Schieten op : Tirer sur
Wijzen op : Montrer, attirer l'attention sur
Drinken op : Boire à (la santé de)
Fier/trots zijn op : Etre fier de
Gek zijn op : Etre fou de
Zich voorbereiden op : Se préparer à/pour
Gelijken op : Ressembler à
Jaloers zijn op : Etre jaloux de
Letten / passen op : Faire attention à
Verliefd zijn op : Etre amoureux de
Bezuinigen op : Faire des économies sur
Kans maken op : Avoir des chances de
Reageren op : Réagir à
Slaan op : Frapper sur
Stemmen op : Voter, élire
Op de hoogte brengen van : Mettre au courant de
(iemand) Beschuldigen van : Accuser qq'un de qqch
Dromen van : Rêver de
Gebruik maken van : Faire usage de/ utiliser
Overtuigen van : Convaincre de
Afstammen van : Descendre de
Schrikken van : S’effrayer à cause de
(met iemand) Van mening verschillen Ne pas être du même avis que
Verliezen van (iemand) : Perdre contre
Op de hoogte zijn van : Etre au courant de
Overtuigen van : Convaincre de
Schrikken van : S'effrayer
Verdenken van : Soupçonner de
Zeker zijn van : Etre sûr de
Spijt hebben van : Regretter
Scheiden van (iemand) : Divorcer de
(Iemand) Verdenken van : Soupçonner qq'un de qqch
Winnen van (iemand) : Gagner contre/ l'emporter sur
Bang zijn voor : Avoir peur de
Bestemd zijn voor : Etre destiné à
Geschikt zijn voor : Convenir pour/ être approprié à
Opkomen voor : Défendre
Verantwoordelijk zijn voor : Etre responsable de
Zorgen voor : Prendre soin de S’occuper de
Slagen voor (een examen) : Réussir (un examen)
Vluchten voor (iets/ iemand) : Fuir qq'un/ qqch
Gevoelig zijn voor : Etre sensible à
Bedanken voor : Remercier de/pour
Onverschillig zijn voor : Etre indifférent
Tijd hebben voor : Avoir le temps de
Zich interesseren voor : S'intéresser à
Interesse hebben voor : Avoir de l'intérêt pour
Zich uitgeven voor (iemand) : Se faire passer pour qq'un
Waarschuwen voor : Mettre en garde contre
Aandeel hebben in
Gelijk hebben in
Trek hebben in
Belang stellen in (iets/ iemand)
Geloven in
Zin hebben in
Slagen in
Geïnteresseerd zijn in
Akkoord gaan met
Het eens zijn met
Aanvangen met
Beginnen met
Beginnen aan
Medelijden hebben met
Belonen met
Zich bemoeien met
Bevriend zijn met
Bezig zijn met
Blij zijn met (iets / iemand)
Blij zijn om (iets)
Feliciteren met
Kennismaken met
Gelukkig zijn met
Tevreden zijn met
Ophouden met
Stoppen met
Eindigen met
Spotten met
Strijdig zijn met
Trouwen met
Rekening houden met
Wedden met
Kampen met
Vechten met
Vechten tegen
In aanraking komen met
Benieuwd zijn naar
Informeren naar
Kijken naar
Luisteren naar
Nieuwsgierig zijn naar
Uitzien naar
Solliciteren naar
Vluchten naar
Ruiken naar
Smaken naar
Zoeken naar
Verlangen naar
Gluren naar
Streven naar
Snakken naar
Vragen naar
Bedroefd zijn over
Klagen over
Ongerust zijn over
Het eens zijn met ie. over iets
Oordelen over
Spreken over
(na)denken over
denken aan
Een vraag stellen over
Enthousiast zijn over
Gaan over
Het hebben over
Beschikken over
Bezorgd zijn om (iemand)
bezorgd zijn over iets
zich zorgen maken over
Beleefd zijn tegen
Beschermen tegen
Bestand zijn tegen
Waarschuwen tegen
Zijn tegen
Zich verzetten tegen
(iemand) Aanzetten tot
Behoren tot
Leiden tot
Dienen tot
Bijdragen tot
(iemand) Dwingen tot
In staat zijn tot
Veroordelen tot
Zich wenden tot
Zich richten tot
Afleiden uit
(iets) Concluderen uit (iets)
Bestaan uit
Afhangen van
Afhankelijk zijn van
Afstand doen van
Bewust zijn van
Genieten van
Houden van
Voorzien van
Misbruik maken van
Created by: gfm33
Popular Dutch sets

 

 



Voices

Use these flashcards to help memorize information. Look at the large card and try to recall what is on the other side. Then click the card to flip it. If you knew the answer, click the green Know box. Otherwise, click the red Don't know box.

When you've placed seven or more cards in the Don't know box, click "retry" to try those cards again.

If you've accidentally put the card in the wrong box, just click on the card to take it out of the box.

You can also use your keyboard to move the cards as follows:

If you are logged in to your account, this website will remember which cards you know and don't know so that they are in the same box the next time you log in.

When you need a break, try one of the other activities listed below the flashcards like Matching, Snowman, or Hungry Bug. Although it may feel like you're playing a game, your brain is still making more connections with the information to help you out.

To see how well you know the information, try the Quiz or Test activity.

Pass complete!
"Know" box contains:
Time elapsed:
Retries:
restart all cards