click below
click below
Normal Size Small Size show me how
TP1
Temps Primitifs Page 1
Verbes | Temps Primitifs |
---|---|
bakken | cuire bakte bakten heeft gebakken |
barsten | éclater barstte barstten. is gebarsten |
bederven | gâter bedierf bedierven heeft bedorven |
bedriegen | tromper bedroog bedrogen heeft bedrogen |
beginnen | commencer begon begonnen heelt/is begonnen |
begraven | enterrer begroef begroeven heeft begraven |
begrijpen | comprendre begreep begrepen heeft begrepen |
bergen | ranger borg borgen heeft geborgen |
besiuiten | décider besloot besloten heeft besloten |
bevelen | ordonner beval bevalen heeft bevolen |
bezoeken | visiter bezocht bezochten heeft bezocht |
bezwijken | succomber bezweek bezweken is bezweken |
bidden | prier bad baden heeft gebeden |
bieden | offrir bood boden heeft geboden |
bijten | mordre beet beten heeft gebeten |
binden | lier bond bonden heeft gebonden |
blazen | souffler bises bliezen heeft geblazen |
blijken | être évident, se révéler bleek bieken is gebieken |
blijven | rester bleef bieven Sa gebleven |
blinken | briller blonk blonken heeft geblonken |
braden | rôtir braadde braadden heeft gebraden |
breken | briser brak braken heeft/is gebroken |
brengen | apporter bracht brachien heeft gebracht |
brouwen | brasser brouwde brouwden heeft gebrouwen |
buigen | courber boog bogen heeft/is gebogen |
denken | penser dacht dachten heeft gedacht |
doen | faire deed deden heeft gedaan |
dragen | porter droeg droegen heeft gedragen |
drijven | pousser, flotter dreef dreven heeft/is gedreven |
dringen | presser, pénétrer drong drongen heeft/is gedrongen |
drinken | boire dronk dronken heeft gedronken |
druipen | ruisseler droop dropen heeft/is gedropen |
duiken | plonger dook doken heeft/is gedoken |
dwingen | forcer dwong dwongen heeft gedwongen |
eten | manger at aten heeft gegeten |