click below
click below
Normal Size Small Size show me how
Groep 4 Thema 2
Vakantie (week 1)
| woord | omschrijving |
|---|---|
| op pad gaan | vertrekken |
| onderweg zijn | ergens naartoe gaan |
| de bestemming bereiken | aankomen op de plek waar je naartoe reist |
| de kust | het land aan de rand van de zee |
| de duinen | bergen van zand aan de zee |
| het gebied | een stuk land |
| het binnenland | een stuk land dat ver van zee ligt |
| de duikbril | een bril waarmee je onder water goed kunt zien |
| de auteur | de schrijver |
| de serie | een stel dingen die bij elkaar horen, vb: alle boeken over Robin |
| de griffel | een potlood waarmee kinderen vroeger op een bordje schreven |
| de illustratie | een plaatje |
| de roeispaan | een stok waar je mee kunt roeien |
| het wier | een plant die in het water groeit |