click below
click below
Normal Size Small Size show me how
Werkwoorden 14
Onregelmatige werkwoorden
| Question | Answer |
|---|---|
| vreten | ik vreet; ik vrat; ik heb gevreten |
| vriezen | het vriest; het vroor; het heeft gevroren |
| wassen | ik was; ik waste; ik heb gewassen |
| wegen | ik weeg; ik woog; ik heb gewogen |
| werpen | ik werp; ik wierp; ik heb geworpen |
| weten | ik weet; ik wist; ik heb geweten |
| wijzen | ik wijs; ik wees; ik heb gewezen |
| willen | ik wil; ik wilde/wou; ik heb gewild |
| winnen | ik win; ik won; ik heb gewonnen |
| worden | ik word; ik werd; ik ben geworden |
| (zich) wreken | ik wreek (me); ik wreekte (me); ik heb (me) gewroken |
| wrijven | ik wrijf; ik wreef; ik heb gewreven |
| wringen | ik wring; ik wrong; ik heb gewrongen |
| zeggen | ik zeg; ik zei/zegde; ik heb gezegd |
| zenden | ik zend; ik zond; ik heb gezonden |