click below
click below
Normal Size Small Size show me how
Werkwoorden 04
Onregelmatige werkwoorden
| Question | Answer |
|---|---|
| ervaren | ik ervaar; ik ervoer; ik heb ervaren |
| eten | ik eet; ik at; ik heb gegeten |
| fluiten | ik fluit; ik floot; ik heb gefloten |
| gaan | ik ga; ik ging; ik ben gegaan |
| gelden | de wet geldt; de wet gold; de wet heeft gegolden |
| genezen | ik genees; ik genas; ik heb/ben genezen |
| genieten | ik geniet; ik genoot; ik heb genoten |
| geven | ik geef; ik gaf; ik heb gegeven |
| gieten | ik giet; ik goot; ik heb gegoten |
| glimmen | de auto glimt; de auto glom; de auto heeft geglommen |
| graven | ik graaf; ik groef; ik heb gegraven |
| grijpen | ik grijp; ik greep; ik heb gegrepen |
| hangen | ik hang; ik hing; ik heb gehangen |
| hebben | ik heb; ik had; ik heb gehad |
| helpen | ik help; ik hielp; ik heb geholpen |