Save
Busy. Please wait.
Log in with Clever
or

show password
Forgot Password?

Don't have an account?  Sign up 
Sign up using Clever
or

Username is available taken
show password


Make sure to remember your password. If you forget it there is no way for StudyStack to send you a reset link. You would need to create a new account.
Your email address is only used to allow you to reset your password. See our Privacy Policy and Terms of Service.


Already a StudyStack user? Log In

Reset Password
Enter the associated with your account, and we'll email you a link to reset your password.
focusNode
Didn't know it?
click below
 
Knew it?
click below
Don't Know
Remaining cards (0)
Know
0:00
Embed Code - If you would like this activity on your web page, copy the script below and paste it into your web page.

  Normal Size     Small Size show me how

Voorzetsels 08

Werkwoorden/uitdrukkingen met vast voorzetsel

VraagAntwoord
Werkwoorden achteraan: deze regel geldt … alle bijzinnen. gelden voor
Geloof jij … sprookjes? geloven in
Je zal er toch … moeten geloven, het is onvermijdelijk. eraan moeten geloven
Hij is niet zo gelukkig … zijn naam. gelukkig zijn met
Hij wenste me geluk … mijn verjaardag. gelukwensen met
Wat hebben jullie … elkaar gemeen ? gemeen hebben met
De bommenwerper heeft het gemunt … de haven. het gemunt hebben op
Eindelijk kunnen we nog eens … de zon genieten! genieten van
We nemen geen genoegen … zijn excuses. genoegen nemen met
Hij is geopereerd … zijn maag. geopereerd worden/zijn aan
Hij is geopereerd … kanker. geopereerd worden/zijn van
Hij is heel geschikt … dit werk. geschikt zijn voor
Ze was getuige … een ernstig ongeval. getuige zijn van
Geef dit formulier maar … je ouders. geven aan
Ik geef veel … mijn oma. geven om
Mijn dochtertje is gevoelig … verkoudheden. gevoelig zijn voor
Ik ben gewend … goed gekruid voedsel. gewend/gewoon zijn aan
Hij gluurde door een kier … de vrouw. gluren naar
Hij is goed … wiskunde. goed zijn in
Ik bel niet vooraf en gok er… dat ze thuis is. gokken op
België grenst … Nederland. grenzen aan
Hij was enorm gretig … een stukje taart. gretig zijn naar
Hij greep uit frustratie … de drank. grijpen naar
Hij handelt … oude ijzer. handelen in
Hij organiseert allerlei projecten die handelen … vrije tijd. handelen over
Created by: dirk.bouckaert
Popular Dutch sets

 

 



Voices

Use these flashcards to help memorize information. Look at the large card and try to recall what is on the other side. Then click the card to flip it. If you knew the answer, click the green Know box. Otherwise, click the red Don't know box.

When you've placed seven or more cards in the Don't know box, click "retry" to try those cards again.

If you've accidentally put the card in the wrong box, just click on the card to take it out of the box.

You can also use your keyboard to move the cards as follows:

If you are logged in to your account, this website will remember which cards you know and don't know so that they are in the same box the next time you log in.

When you need a break, try one of the other activities listed below the flashcards like Matching, Snowman, or Hungry Bug. Although it may feel like you're playing a game, your brain is still making more connections with the information to help you out.

To see how well you know the information, try the Quiz or Test activity.

Pass complete!
"Know" box contains:
Time elapsed:
Retries:
restart all cards